De ranglijst der Nederlandse wegrenners
De ranglijst der Nederlandse wegrenners (december 2017)
Tom Dumoulin voert in 2017 weer de ranglijst van Nederlandse renners in de internationale topwedstrijden aan. Hij won twee ritten in de Giro, waarin hij de eerste Nederlandse eindwinnaar werd. Daarnaast is hij ook de eerste Nederlandse wereldkampioen tijdrijden (bij de mannen) en werd hij 6e in Tirreno Adriatico. Als tweede eindigt dit jaar Niki Terpstra. Hij werd 4e in Gent-Wevelgem, 3e in de Ronde van Vlaanderen en 3e in Parijs-Tours. Derde is Wilco Kelderman: 4e in de Ronde van Spanje, 7e in de Ronde van Romandië en 7e in het WK tijdrit.
De eerste tien van 2017 zijn:
1 Dumoulin 55 punten
2 Terpstra 25
3 Kelderman 15
4 Kruijswijk 14
Mollema 14
6 Langeveld 10
7 Groenewegen 8
8 Van Baarle 7
Van Emden 7
10 Poels 5
Ter vergelijking: de eerste drie van het seizoen 2015 waren Dumoulin (31 punten), Terpstra (30) en Mollema (13). De eerste drie in 2016 waren Dumoulin (38 punten), Poels (23) en Gesink (10). Door deze resultaten is Dumoulin ook dit jaar weer de snelste stijger op de eeuwige ranglijst.
De resultaten in de volgende wedstrijden zijn opgenomen (voor de eerste tien plaatsen zijn punten toegekend, 7 punten t/m 1 punt voor plaats 4 t/m 10 in alle wedstrijden, en daarnaast de volgende aantallen voor de eerste drie plaatsen (gebaseerd op het geschatte belang van de wedstrijden en op de overweging dat voor de renners en het publiek in de eerste plaats de podiumplaatsen tellen en dan vooral de overwinning):
1. Tour de France: 25, 14 en 10 punten
2. Ronde van Italië: 22, 12, 10
3. WK weg: 20, 12. 10
4. Ronde van Spanje: 18, 12, 10
5. De vijf monumenten (Ronde van Vlaanderen, Parijs-Roubaix, Luik-Bastenaken-Luik, Milaan-San Remo, Ronde van Lombardije), wegwedstrijd Olympische Spelen: 16, 12, 10
6. Grand Prix des Nations/WK tijdrijden, tijdrit Olympische Spelen: 14, 9, 8
7. Ronde van Zwitserland (4e grote ronde), Parijs-Tours (6e monument), Parijs-Nice, Tirreno-Adriatico, Critérium du Dauphiné, Ronde van Romandië, Ronde van Baskenland, Ronde van Catalonië (zes zware etappekoersen), Omloop het Volk/Nieuwsblad, Gent-Wevelgem, Waalse Pijl, Amstel Gold Race, Bordeaux-Parijs (5 klassiekers): 12, 9, 8
8. Etappewinst in de Tour: 8 punten
9. Etappewinst in de Giro: 7 punten
10. Etappewinst in de Vuelta: 6 punten
De Grand Prix des Nations (1932-2004, meegeteld zijn de edities t/m 1993) kan worden beschouwd als de voorloper van het WK tijdrijden (verreden vanaf 1994). Bordeaux-Parijs (1891-1988) wordt niet meer georganiseerd, maar was wel een belangrijke klassieker. Daarentegen hebben de Amstel Gold Race (sinds 1966) en Tirreno-Adriatico (sinds 1966) een relatief korte geschiedenis, zodat de balans in dit opzicht min of meer in evenwicht is.
Joop Zoetemelk, Jan Raas, Hennie Kuiper en Jan Janssen staan bovenaan. Zij werden alle vier wereldkampioen, en Janssen en Zoetemelk wonnen daarnaast de Tour en de Vuelta. Joop Zoetemelk is verreweg de meest regelmatige van hen. Hij heeft een voorsprong van liefst 248 punten op Jan Raas. De top tien wordt gecompleteerd door Michael Boogerd (die niet veel topwedstrijden heeft gewonnen, maar wel veel ereplaatsen behaalde in Luik-Bastenaken-Luik en de Ronde van Lombardije), Adri van der Poel, Steven Rooks, Gerrie Knetemann, Gerben Karstens en Jo de Roo.
Van de huidige generatie profs vinden we vier renners in de top 30: Tom Dumoulin is geklommen naar de 15e plaats en nadert de top tien. Robert Gesink is 16e, Niki Terpstra 20e en Bauke Mollema 21e . Wilco Kelderman (50e), Lars Boom (53e), Wout Poels (57e), Steven Kruijswijk (57e), Sebastiaan Langeveld (60e) en Pieter Weening (63e) zijn de overige nog actieve renners in de top 100.
Van de vooroorlogse profs staan Theo Middelkamp (36e) en Gerrit Schulte (40e) nog steeds in de top veertig. Middelkamp was winnaar van 2 Touretappes waaronder een Alpenrit over de Galibier in 1936, waarmee hij de eerste Nederlandse etappewinnaar was. Hij werd ook de eerste Nederlandse wereldkampioen in 1947 en stond 3 keer op het WK podium. Schulte won een Touretappe in 1938, was 2e in de Grand Prix des Nations 1938 en werd (18 jaar later) 3e in het WK 1956. In de top 100 handhaaft zich nog steeds Mathieu Cordang (80e), die zijn topprestaties in de 19e eeuw leverde: 2e in Parijs-Roubaix (1897), 2e (1897) en 5e (1896) in Bordeaux-Parijs.
De ranglijst van vooroorlogse profs (renners die voor 1940 begonnen zijn):
1 Theo Middelkamp (36e) 58
2 Gerrit Schulte (40e) 53
3 Jan Lambrichs (71e) 31
4 Antoon van Schendel (75e) 30
5 Mathieu Cordang (80e) 27
6 Marinus Valentijn (88e) 24
7 Cesar Bogaert (93e) 21
8 Albert van Schendel (99e) 17
Huub Sijen (99e) 17
De ranglijst ziet er na het seizoen 2017 als volgt uit.
1 Joop Zoetemelk 731
2 Jan Raas 483
3 Hennie Kuiper 453
4 Jan Janssen 413
5 Michael Boogerd 314
6 Adri van der Poel 284
7 Steven Rooks 275
8 Gerrie Knetemann 245
9 Gerben Karstens 233
10 Jo de Roo 200
11 Erik Breukink 184
12 Wim van Est 177
13 Jean Paul van Poppel 161
14 Johan van der Velde 159
15 Tom Dumoulin* 138
16 Henk Lubberding 136
Robert Gesink* 136
18 Jelle Nijdam 127
19 Erik Dekker 126
20 Niki Terpstra* 122
21 Bauke Mollema* 115
22 Wout Wagtmans 111
23 Leon van Bon 106
24 Peter Winnen 99
25 Teun van Vliet 92
26 Jeroen Blijlevens 78
27 Frans Maassen 76
28 Peter Post 74
Arie den Hartog 74
30 Bert Oosterbosch 72
31 Mathieu Hermans 68
32 Tristan Hoffman 66
33 Rini Wagtmans 64
Maarten den Bakker 64
35 Michel Stolker 59
36 Theo Middelkamp 58
37 Karsten Kroon 56
38 Gerard Vianen 55
39 Jo de Haan 54
40 Gerrit Schulte 53
41 Max van Heeswijk 51
Johan Lammerts 51
43 Servais Knaven 50
44 René Pijnen 48
Nico Verhoeven 48
46 Roy Schuiten 47
47 Ab Geldermans 45
48 Henk Nijdam 44
49 Gerrit Voorting 43
50 Wim Schepers 42
Wilco Kelderman* 42
52 Jacques Hanegraaf 41
53 Jos Schipper 40
Cees Priem 40
Ad Wijnands 40
Lars Boom* 40
57 Gerard Veldscholten 39
Wout Poels* 39
Steven Kruijswijk* 39
60 Piet van Katwijk 37
Bas Maliepaard 37
Sebastiaan Langeveld* 37
63 Pieter Weening* 35
Jos van der Vleuten 35
65 Cees Bal 34
Huub Zilverberg 34
Piet van Est 34
Fons van Katwijk 34
69 Peter Pieters 33
70 Frits Pirard 32
71 Theo de Rooij 31
Gert Jan Theunisse 31
Jan Lambrichs 31
Fedor den Hertog 31
75 Antoon van Schendel 30
76 Evert Dolman 28
Theo Smit 28
Leo van Vliet 28
Gerrit Solleveld 28
80 Thomas Dekker 27
Mathieu Cordang 27
Jo Maas 27
83 John Talen 26
Bert Pronk 26
85 Harry Steevens 25
Jan Krekels 25
Cees Haast 25
88 Marinus Valentijn 24
Jan Hugens 24
Harm Ottenbros 24
Jan Nolten 24
92 Eddy Bouwmans 22
93 Cesar Bogaert 21
94 Bart Voskamp 20
95 Piet Rentmeester 19
96 Jos Lammertink 18
Martijn Maaskant 18
Ger Harings 18
99 Albert van Schendel 17
Huub Sijen 17
112 Tom Jelte Slagter* 13
115 Dylan van Baarle* 12
122 Laurens ten Dam* 11
Jos van Emden* 11
126 Stef Clement* 10
135 Dylan Groenewegen* 8
145 Bert Jan Lindeman* 6
Danny van Poppel* 6
164 Michel Kreder* 4
Mike Theunissen* 4
175 Tom Leezer* 3
184 Roy Curvers* 2
189 Tom Ligthart* 1
De overwinningen van de renners uit de top twintig:
Zoetemelk: Tour, WK, Vuelta, 2 keer Parijs-Tours (Herfstprijs), Ronde van Romandië, Amstel Gold Race, Tirreno-Adriatico, 3 keer Parijs-Nice, Waalse Pijl, 10 ritten in Tour, 3 ritten in Vuelta (25 overwinningen in de 25 topwedstrijden)
Raas: WK, 2 keer Ronde van Vlaanderen, Parijs-Roubaix, Milaan – San Remo, 2 keer Parijs-Tours, 5 keer Amstel Gold Race, Omloop het Volk, Gent-Wevelgem, 10 ritten in Tour (24 overwinningen)
Kuiper: WK, Ronde van Vlaanderen, Parijs-Roubaix, Milaan – San Remo, Ronde van Lombardije, Ronde van Zwitserland, Olympisch kampioen op de weg, 3 ritten in Tour, 2 ritten in Vuelta (12 overwinningen)
Janssen: Tour, WK, Vuelta, Parijs-Roubaix, Parijs-Nice, Bordeaux-Parijs, 7 ritten in Tour, 3 ritten in Vuelta (16 overwinningen)
Boogerd: Parijs-Nice, Amstel Gold Race, 2 ritten in Tour (4 overwinningen)
Van der Poel: Ronde van Vlaanderen, Luik-Bastenaken-Luik, Parijs-Tours, Amstel Gold Race, 2 ritten in Tour (6 overwinningen)
Rooks: Luik-Bastenaken-Luik, Amstel Gold Race, 2 ritten in Tour (4 overwinningen)
Knetemann: WK, Parijs-Nice, 2 keer Amstel Gold Race, 10 ritten in Tour (14 overwinningen)
Karstens: Parijs-Tours, 6 ritten in Tour, 1 rit in Giro, 14 ritten in Vuelta (22 overwinningen)
De Roo: Ronde van Vlaanderen, 2 keer Ronde van Lombardije, 2 keer Parijs-Tours, Omloop het Volk, Bordeaux-Parijs, 3 ritten in Tour, 1 rit in Vuelta (11 overwinningen)
Breukink: 4 etappes in Tour, 2 ritten in Giro, 1 rit Vuelta, Ronde van Baskenland (8 overwinningen)
Van Est: Ronde van Vlaanderen, 3 ritten Tour, 1 rit Giro, 3 keer Bordeaux-Parijs (8 overwinningen)
Van Poppel: 9 Touretappes, 4 Giroritten, 9 etappes in Vuelta (22 overwinningen)
Van der Velde: 3 ritten in Tour, 3 ritten in Giro, Ronde van Romandië, Critérium du Dauphiné (8 overwinningen)
Dumoulin: 2 ritten in Vuelta, 2 ritten in Tour, 3 ritten in Giro, Ronde van Italië, WK Tijdrit (9 overwinningen)
Lubberding: 3 Tourritten, Gent-Wevelgem (4 overwinningen)
Gesink: 1 etappe in de Vuelta
Nijdam: Parijs-Tours, 6 Touretappes, 1 etappe in Vuelta, Amstel Gold Race (9 overwinningen)
Dekker: Parijs-Tours, 4 etappes in Tour, Tirreno-Adriatico, Amstel Gold Race (7 overwinningen)
Terpstra: Parijs-Roubaix (1 overwinning)
'@girardengo. Bedankt voor de update.
Is nogal wat werk in totaliteit qua bijhouden alle uitslagen en een afgewogen puntentoekenning daarop loslaten. Maar ik weet dat je dat al vele jaren graag doet.
Niet zoveel verrassingen wat betreft na-oorlogse lijst en dan wel opvallend dat Dumoulin al zo sterk kan stijgen. Nog opvallender vind ik de 5e plaats van Boogerd nog voor de vele grotere renners als uit de jaren daarvoor. Met name Knetemann vind ik qua uitslagen en betekenis veel te laag staan.
Ben ook wel benieuwd over 10 jaar of het bijv. Tom Dumoulin nog gaat lukken zich binnen de top 4 te plaatsen. En welk aankomend Nl. talent zich in bestaande top 20 kunnen rijden?
Blijft lastig om zulke all time lijsten te maken. Het oude vs het nieuwe wielrennen. ( Qua specialisatie ) En hoe waardeer je etappe zeges vs Klassements uitslagen.
Kijk naar JP van Poppel. 10 etappezeges in Vuelta , 9 in Tour , 4in Giro ( 23 zeges in GT ) en ook nog eens Ster van Bessege gewonnen. Vergelijk dat met Boogerd die vooral regelmatig goed was in zware belangrijke wedstrijden. ( bijv 2e in AGR, Brabatse Pijl, LBL en Lombardije in 1 seizoen en 6e in AK TA)
Niet te vergelijken dus. Top 50 lijkt me voldoende
Een mooi overzicht. Inderdaad, een Boogerd staat iets te hoog en Knetemann te laag. Ik zou helemaal geen punten toekennen voor een tweede of derde plaats. Alleen de overwinningen laten tellen. Nu is het meer een ranglijst van de meest constante renner en niet van de succesvolste en beste renner.
Er is ook veel veranderd in het wielrennen... door de specialisatie en het peloton zoveel groter is geworden zal het bijna onmogelijk worden om Zoetemelk ooit nog te benaderen. Renners uit die tijd reden het hele jaar door bijna alles. Neemt niet weg dat Joop natuurlijk een groots renner was en verdient op die eerste plek staat.
Log in via je wielerflits.nl account om deel te nemen aan de discussie.