Voorheen heette ‘onze’ gaai Vlaamse gaai. Over de reden om hem ooit Vlaams te noemen, wordt gespeculeerd. In 1999 werd bepaald dat de naam van de Vlaamse gaai moest veranderen in ‘gaai’, omdat hij tenslotte niet alleen in Vlaanderen, maar in een groot deel van Europa voorkomt. Wie dat wil, mag de gaai nog steeds Vlaamse gaai noemen, want er bestaan 35 ondersoorten van de gaai. De Latijnse naam voor de bij ons voorkomende ondersoort is Garrulus glandarius glandarius. Dit betekent ‘babbelzieke eikelzoeker’. Je ziet de gaaien nu druk in de weer met het verstoppen van eikels, ze leggen zo een voedselvoorraad aan die ze tijdens de winter kunnen aanspreken.
Edit: even bronvermelding, wel zo netjes:
https://www.naturetoday.com/intl/nl/nature-reports/message/?msg=32880
Log in via je wielerflits.nl account om deel te nemen aan de discussie.